Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [1]in dezelfde dagen, als de discipelen vermenigvuldigden, ontstond een murmurering [2]der Grieksen tegen de Hebreen, omdat hun weduwen in de dagelijkse [3]bediening [4]verzuimd werden. 1. Namelijk als de apostelen in de gevangenis geworpen waren geweest. 2. Grieks Hellenistai. Dezen waren Joden van afkomst en godsdienst, maar werden Grieksen genaamd, omdat zij in de verstrooiing in de Griekse of heidense landen geboren waren, en omdat zij de Griekse taal en overzetting des Bijbels gebruiken, die daarna bekeerd zijn tot de Christelijke religie. Zie hfdst.9 vs.29, en hfdst.11 vs.19,20. Doch de andere Joden, die den Hebreeuwsen Bijbel gebruikten, werden Hebreen genaamd. Zie ook 2 Kor.11:22. 3. Grieks Diakonia; klagende, namelijk of dat hunne weduwen tot den dienst der armen niet mede gebruikt werden, of dat hun arme weduwen zo wel niet verzorgd werden als de weduwen der Hebreen. 4. Grieks overgezien.